‘Onze’ kolencentrale

Natuurlijk was het een publiciteitsstunt, de openbare aankondiging van een energieleverancier om de Hemweg-centrale in Amsterdam te kopen van de Nuon. En bekende Nederlanders die zich graag met duurzaamheid afficheren gingen er met boter en suiker in – een Amsterdamse wethouder bood spontaan een miljoen gemeenschapsgeld mee, net als een hip (en kennelijk te duur) chocolademerk. De onvermijdelijke crowdfundingsactie loopt nog.

De gedachte was dan ook te aantrekkelijk: als we gezamenlijk een kolencentrale kopen dan kunnen we die daarna gewoon sluiten. Weg met kolen, lang leve het klimaat op aarde en het milieu in Amsterdam! Hoe loffelijk en simplistisch deze oplossing ook lijkt, het legt alleen een groot onderhuids probleem bloot.

Hoezeer wij als samenleving nu de behoefte hebben – en zelfs de plicht – om grote stappen te zetten richting een duurzame energievoorziening (en, niet te vergeten, een gezonde leefomgeving in Amsterdam-West); sluiten van de centrale kan niet zomaar. Wetten die eigendom beschermen, afgegeven kolenstook-vergunningen en afspraken met personeel staan het domweg in de weg. Zomaar openbaar een klein bedrag bieden op grote delen van een bedrijf is daarbij op zijn zachts gezegd niet aardig. Wat een reclamebureau of een groepje zelfverklaarde duurzaamheidgoeroe’s ook beweert.

Het is overigens niet dat Nuon de kolencentrale per se wil behouden. Hemweg greep naast de subsidiepot die voor kolencentrales was neergezet en daarmee is de centrale de komende jaren niet erg rendabel. Het heeft het liefst de komende jaren honderden miljoenen subsidie, net zoals een aantal concurrenten afgelopen jaar heeft gekregen.

Maar het grootste probleem zit ‘m niet in de centrale en de bedrijfsvoering. Het probleem zit ‘m in ‘we’.

Als ‘we’ deze kolencentrale zouden kopen, of zelfs meteen sluiten, dan moeten we eerst bedenken wie ‘we’ zijn. Het lijkt me niet zo goeie gedachte dat de Nuon als eigenaar wordt ingeruild voor een andere leverancier of een willekeurig groepje activisten met goede-doelen-gelden. Als het gebeurt dan moet dat als samenleving gedaan worden.

En ja, die samenleving die hebben we eigenlijk al, we noemen dat al eeuwen overheid. En die gedachte om gezamenlijk te beslissen over het lot van kolencentrales is niet nieuw. Vroeger waren grote centrales in handen van de samenleving – in eigendom van provincies en gemeenten. Toen waren ‘we’ er eigenaar van en konden ‘we’ er over beslissen. Een Amsterdamse wethouder kon aan een plan werken om de Hemweg-centrale te ontmantelen. De gemeenteraad kon er over beslissen.

Juist in een transitie is het van belang dat de samenleving dergelijke beslissingen kan forceren. Bepalen wat wordt gebouwd en wat vervroegd wordt afgebouwd. Waar windmolens komen en waar we gebruik van fossiele energie een halt toe roepen. Maar in onze doorgeschoten neo-liberale wereld hebben we geen zeggenschap meer over onze energievoorziening. Dáár zit het probleem, dát moeten we veranderen. En niet lukraak bieden op fossiele restanten.

Het begint met zeggenschap. Op dit moment is het zo dat bij wijze van spreken Zweedse kiesgerechtigden meer over een eventuele sluiting te zeggen hebben dan een wethouder van de gemeente Amsterdam. De Hemweg centrale is van de Vattenfall/Nuon en daarmee in eigendom van de Zweedse staat. Het bizarre feit doet zich dus voor dat deze kolencentrale wel in handen is van de samenleving.

Alleen niet de onze.